29/04 - 02/05

Woensdag ongeveer een uur geschreven op de trein, maar door beslommeringen in verband met werk voor de rest vrij weinig kunnen doen. Donderdag redelijk weinig geschreven door hoofdpijn en lage concentratieniveaus (cafébezoek van de dag ervoor kan daar wel iets mee te maken hebben). Na een onderbreking van twee dagen omdat ik op de pierewaai was met vrienden zondag anderhalf uur geschreven in Vooruit.

Het eerste hoofdstuk is ongeveer af, maar zal waarschijnlijk nog wel een vrij uitgebreid herschrijven nodig hebben. Ik heb besloten om twee hoofdpersonages tien hoofdstukken lang in ik-perspectief te laten spreken en om het eerste hoofdpersonage ongeveer halverwege zelfmoord te laten plegen. De zelfmoord moet er komen omdat er eigenlijk geen enkele uitweg is om het personage te laten verder leven, gezien zijn levensfilosofie van verregaand nihilistisch sensualisme gemengd met een soort van dieprode romantiek. Het tweede hoofdpersonage is dan meer een belichaming van de 'rationaliteit' waarnaar de werktitel van deze roman ironisch verwijst.

In het tweede hoofdstuk zal ik verdergaan met het relaas van de groep vrienden in de hut in het bos, tot de bosbrand. Normaal gezien zou hoofdstuk drie weer in de stad moeten doorgaan; dergelijke veranderingen van topos zijn natuurlijk nodig voor het verhaal maar vergen toch altijd dat ietsje meer inschrijfwerk.